Islam

Moslims zijn mensen die de leer van de islam aanhangen. Zij geloven dat er één God is, die zijn Allah noemen, en dat de profeet Mohammed, die 1400 jaar geleden in Arabië in de stad Mekka geboren werd, Gods afgezant was. Ook Abraham, Mozes en Jezus beschouwen zij als boodschappers van God. De volgelingen van Mohammed verbreidden de leer van de islam in het Midden-Oosten. De islam is daar nu de belangrijkste godsdienst, evenals in Pakistan en delen van Afrika en Zuidoost-Azië.

Er wordt wel gezegd dat de islam niet alleen een geloof is, maar ook een manier van leven. Dat kun je zien aan de manier waarop sommige moslimfamilies leven. De naleving van de islam begint bij de geboorte en eindigt met de dood. Het heeft invloed op hoe mensen zich gedragen, hoe ze zich kleden en wat ze eten. Volgens de Profeet kan ‘een vader zijn kind niets beters geven dan goede manieren’ en moslims proberen hun kinderen dan ook altijd goede manieren bij te brengen. Onderwijs is ook erg belangrijk. Moslims mogen niet gokken, roddelen, lui zijn of zich bemoeien met andermans zaken, en ze moeten mensen in nood helpen.

De vader zegt het Adhan-gebed op in het rechteroor van de pasgeboren baby. Het eerste woord dat de baby hoort, is ‘Allah’. Hij zal het gebed vervolgens in het linkeroor opzeggen, maar dit keer worden de woorden ‘de eerdienst is klaar’ toegevoegd. Zeven dagen later krijgt het kind zijn of haar naam.

De Bismallah-ceremonie is een vrolijke gebeurtenis voor moslimfamilies in sommige werelddelen. Het is namelijk de eerste keer dat kinderen leren lezen uit de Koran, meestal als ze vier jaar oud zijn. Omringd door familie en vrienden, leest het kind volgende woorden: ‘In naam van Allah, de Barmhartige, de Meelevende. Lees en uw Heer is zeer edelmoedig, die leerde via het schrift en leerde de mens wat hij niet wist.’ De oudere mannen leren de jonge kinderen lezen in de Koran. Ze hebben beide hun hoofd bedekt als teken van respect. Het is een heel speciale dag.